- Internetkassa Stripe is na een nieuwe investeringsronde het waardevolste private techbedrijf ooit.
- De rivaal van het Nederlandse Adyen is opgericht door de Ierse broers Patrick en John Collison.
- De twee miljardairs staan bekend om hun bescheidenheid, iets dat overal terug te zien is in de bedrijfscultuur van Stripe.
Patrick (32) en John (30) Collison zijn op papier elk goed voor een vermogen van 11 miljard dollar, maar aan de Ierse broers kleeft niet de glamour die gebruikelijk is bij de Silicon Valley-elite.
De oprichters van betaalbedrijf Stripe deelden jarenlang een appartement met twee slaapkamers in San Francisco, zelfs toen hun onderneming miljarden waard was. Ze fietsen liever naar kantoor dan dat ze de auto pakken.
Volgens ingewijden is hun manier van zakendoen al even bescheiden. Daarmee vallen de twee broers uit de toon in het techwalhalla aan de Amerikaanse oostkust.
“Hun verhaal is zo onwaarschijnlijk. Dat deze broers uit een klein dorp een van de belangrijkste internetbedrijven van dit moment hebben gebouwd”, zei Michael Moritz eerder tegen persbureau Bloomberg. Moritz is partner bij Sequoia, een van de bekendste durfkapitalisten van Silicon Valley en vroege investeerder in Stripe.
Dit is het verhaal van twee immigranten in de VS die een kans zagen in de snelgroeiende e-commercemarkt. Ze begonnen met zeven regels code. Hun startup groeide uit tot het waardevolste private techbedrijf ooit – en een geduchte concurrent van de Nederlandse beurslieveling Adyen. Ondertussen bleven John en Patrick Collison met beide benen op de grond staan.
Twee broers uit een Iers gehucht
Patrick en John groeien op het Ierse platteland in Dromineer, een gehucht van ruim honderd inwoners op drie kwartier rijden van Limerick. Hun vader runt een herberg, hun moeder heeft een eigen onderneming in bedrijfstrainingen.
De broers wonen op veertig minuten van hun school en zien daarom buiten het klaslokaal weinig van hun vrienden. Maar ze hebben elkaar – en boeken. Ze lezen alles wat los en vast zit.
Patrick, de oudste van de twee, leent op zijn tiende een boek van de bibliotheek over programmeren en leert zo de eerste beginselen van computercode schrijven. Hij leest al over het internet voordat hij er zelf toegang tot heeft.
Patrick en John bouwen hun eigen websites en proberen elkaar te hacken. Daar leren ze naar eigen zeggen veel van.
Studeren in de VS, maar voortijdig gestopt
De broers zijn beide briljante studenten en gaan studeren in de VS – Patrick aan MIT in Boston, John aan het prestigieuze Harvard. Ze hebben dan al hun eerste onderneming op poten gezet.
In 2007 richten ze Shuppa op, een softwarebedrijf dat het voor verkopers makkelijker maakt om transacties op eBay te beheren. Later fuseren ze met het Californische Auctomatic. Dat bedrijf wordt in 2008 verkocht voor 5 miljoen dollar. Patrick is dan 19, John 17.
De tienermiljonairs stoppen met hun studie om zich volledig te richten op hun nieuwe idee: internetkassa Stripe. In de beginfase doen de broers alles zelf: programmeren, klantenservice, sales, et cetera. Nu heeft Stripe meer dan 3.000 werknemers in dienst en veertien kantoren over de hele wereld.
De broers komen op het idee om een internetkassa te bouwen, nadat ze bij hun eerste bedrijf zien hoe lastig het is voor online bedrijven om betalingen te accepteren. Toch vragen ze zich af of zij het wel op kunnen nemen tegen het traditionele financiële systeem.
"In de begindagen van een nieuw bedrijf denk je vooral na over de vraag: zien wij het verkeerd of zit de wereld verkeerd in elkaar?", zei John in de podcast 'How I Built This with Guy Raz'.
Ruim een decennium later luidt de conclusie dat de Ierse broers het goed gezien hebben.
Ze ontwikkelen hun idee voor Stripe binnen Y Combinator, een exclusief opleidingsprogramma voor startups in Silicon Valley. En ze trekken investeringen aan van grote namen als Peter Thiel, Andreessen Horowitz en Sequoia Capital.
"Ze hebben het voordeel dat ze naar Californië kwamen zonder dat ze besmet waren met wat er in het water en de lucht zit in Silicon Valley, zei Sequoia-partner Moritz tegen Bloomberg.
De oudste van de Collisons is een rustige denker. Hij staat bekend om zijn programmeertalent en annotaties in e-mails.
In een interview met Inc. zei Patrick dat zijn jongere broer John zich beter heeft aangepast aan de rol van manager. John is de energieke verkoper die met werknemers na werktijd de heuvels rond San Francisco intrekt.
De cultuur van Stripe is gebaseerd op bescheidenheid
Nu zijn de broers al meer dan een derde van hun leven bezig met Stripe. In de cultuur van het bedrijf is overal hun handtekening terug te zien.
Zo doet Stripe niet aan functietitels. Werknemers werken samen in teams en geven elkaar feedback, zei Claire Hughes, operationeel directeur van Stripe, in de podcast Lattice.
CEO Patrick omschreef zijn eigen functie ooit in een interview als de "publiek zichtbare dienaar" van Stripe.
Transparantie is heilig bij Stripe. Alle e-mails zijn in te zien voor werknemers en doorzoekbaar. Het idee daarachter? Als werknemers het antwoord op een vraag kunnen vinden in het e-mailarchief, dan zijn ze productiever.
Stripe-personeel wordt ook aangemoedigd om mee te gluren met de werkzaamheden van anderen, volgens de eigen website. Zo leren ze wat er gebeurt binnen de organisatie en kunnen ze feedback geven.
Dat doet denken aan de tijd dat de Collisons elkaars website probeerden te hacken om zo een beter product te bouwen.
De broers behoren nu tot de 200 rijkste personen op aarde, maar ze blijven bescheiden.
"We waren de eerste werknemers van Stripe. Vanuit chronologisch oogpunt is dat interessant", zei Patrick tegen de Financial Times. "Maar nu zijn we slechts een deel van het geheel. En zeker niet het belangrijkste onderdeel."
Lees meer over succesvolle ondernemers:
- Mohlad Hassan was dol op zijn baantje als telefonisch verkoper – zo verdiende hij miljoenen aan klantcontactbedrijf Yource
- Zo is het om mee te doen aan Dragons’ Den, volgens de tweeling die €333.333 scoorde bij Pieter Schoen en Shawn Harris
- Alexander Klöpping had op zijn 16e al een succesvolle webshop – dit is de carrière van onze nationale knuffelnerd